(Deel van de) Triviale naam voor soorten behorend tot de familie Laridae, subfamilie Larinae (Charadriiformes, onderorde Lari) en in het meervoud de algemene term voor de subfamilie. Meeuwen behoren tot de best bekende zeevogels en zijn kosmopolitisch (ook op Antarctica), hoewel de meeste op het Noordelijk Halfrond voorkomen. De meeste soorten zijn eerder kustgebonden dan werkelijk pelagisch en veel soorten komen in ieder geval een deel van hun tijd in het binnenland voor. De meeste zijn middelgroot (20-76 cm), stevig gebouwd met lange puntige vleugels. De staart is vrij kort of middelmatig lang, meestal recht afgesneden, terwijl de snavel doorgaans stevig is met een duidelijke haakpunt. De poten hebben zwemvliezen tussen drie tenen, de achterteen is klein of vrijwel afwezig. Meeuwen zijn wit met grijze bovendelen en meestal zwarte vleugelpunten, maar sommige soorten zijn veel donkerder (bijvoorbeeld Hemprich's Meeuw). Veel soorten hebben in het broedseizoen een donkere kopkap. Onvolwassen vogels zijn vaak bruin gevlekt, terwijl het meestal enkele jaren duurt voordat zij het volledig adulte kleed krijgen. Poten en snavel zijn vaak helder rood of geel, maar dit kan variëren per seizoen en leeftijd. Meeuwen vliegen gracieus, met trage vleugelslagen en lange glij- en zeilvluchten. Sommige soorten eten vooral vis, maar de meeste zijn opportunistisch en eten allerlei afval, dierlijk en zelfs plantaardig voedsel. Ze komen in groepen voor, slapen in groepen op land of water en broeden vaak in enorme kolonies.

Alternative forms voor meeuwen : Larus, meeuw, Pagophila, Rhodostethia, Rissa, Xema.