Lanius meridionalis

Wetenschappelijke naam:
Lanius meridionalis Temminck 1820

Nederlandse naam:
Steppeklapekster

Vogelgroep:
Klauwieren

Veldkenmerken. 24 cm. Bovendelen donkerder grijs dan Klapekster, onderdelen roze, als Kleine Klapekster. Witte wenkbrauw smaller, zwart masker loopt verder achter oog door maar zwarte teugel smaller. Witte vleugelvlek op handpenbasis kleiner, armpennen zwart. Lijkt meer op Kleine Klapekster, maar heeft kortere vleugels (handpenprojectie ongeveer 3/4 van lengte van tertials), smallere vleugelstreep en minder wit op staartzijden. Bovendelen van juveniel doffer grijs dan van adult, witte streep over voorhoofd korter, onderdelen bleek beige-roze, maar zijkant van borst en flank donkergrijs.

Geluid. Roep als Klapekster. Zang een enkele of dubbele toon.

Voorkomen. Gebied loopt van Noord-Afrika tot Centraal-Aziƫ en India. In Europa alleen op Iberisch Schiereiland en in Mediterraan-Frankrijk. Verspreiding van Steppeklapekster en Klapekster ligt in het zuiden slechts 30 kilometer uit elkaar.

Habitat. Steppe, maquis en halfwoestijn, droge velden en akkers met verspreide bomen of heggen.

Voedsel. Gedrag en voedsel als Klapekster.

%LABEL% (%SOURCE%)