Passer montanus

Wetenschappelijke naam:
Passer montanus (Linnaeus, 1758)

Nederlandse naam:
Ringmus

Vogelgroep:
Mussen

Veldkenmerken. 14 cm. Geslachten gelijk en geen verschil in verenkleed tussen verschillende leeftijden. Is te verwarren met mannetjes van Huismus en Spaanse Mus, maar herkenbaar aan bijna volledige witte nekband, zwarte vlek op witte oorstreek, kleine zwarte bef die niet voorbij veren van keel reikt, chocoladebruine kopkap en roep. Bovendelen en vleugels warmbruin met zwarte strepen, geelbruine stuit, donkerbruine staart en vuilwitte onderdelen. Buiten broedtijd vaak samen met andere mussen en vinkachtigen.

Geluid. Lijkt wat op Huismus, maar is iets hoger, korter en melodieuzer. In vlucht een karakteristiek 'ret'.

Voorkomen. Vrij talrijke broedvogel. Noordelijke broedvogels trekken zuidwaarts in de winter.

Habitat. Prefereert open landschap met verspreide bomen, boomgaarden, etc. Komt vaak nabij boerderijen voor. Waar Huismussen ontbreken komen Ringmussen in steden voor.

Voedsel. Voornamelijk zaden, maar eet ook insecten, met name in broedtijd.

%LABEL% (%SOURCE%)