Wetenschappelijke naam:
Gyps fulvus (Hablizl, 1783)
Nederlandse naam:
Vale Gier
Vogelgroep:
Gieren
Veldkenmerken. 95-105 cm, spanwijdte 255-280 cm. Verschilt van andere gieren door lange brede vleugels met duidelijke 'vingers', korte donkere staart en bleke band over binnenvleugel. Bleekbeige of grijze verenkleed contrasteert met donkerder slag- en staartpennen; kop en nek met wit dons bedekt. Adult heeft brede witte kraag onderaan nek, juveniel heeft bruine kraag en donkerder egaler verenkleed. Zeilt met vleugels in ondiepe V gehouden.
Voorkomen. Vrij talrijk in Spanje en Portugal. Elders lokaal en schaars.
Geluid. Zwijgzaam. Op kolonie en bij kadavers grommende, hijgende en sissende geluiden.
Habitat. Broedt en rust in bergen op klifranden; legt tijdens fourageervluchten in gebergte en laagland enorme afstanden af.
Voedsel. Voedt zich vrijwel uitsluitend met aas van hoofdzakelijk zoogdieren, waaronder vee.
Ei. Grondkleur wit, gladde textuur, niet glanzend; meestal zonder of met roodbruine, geelbruine of paarsige tekening. Afmetingen 92 x 70 mm (82-106 x 64-75), gewicht 252 g.